Niertransplantatie

In Nederland is een actief niertransplantatie beleid. De afgelopen jaren zijn meerdere patiënten van Dialysecentrum Ravenstein getransplanteerd. Transplantatie is mogelijk van een levende donor (familie, partner, vrienden, kennissen) en van een overleden donor. Deze laatste procedure gaat via Eurotransplant. Dialysecentrum Ravenstein werkt samen met de afdeling Niertransplantatie van het Universitair Medisch Centrum Nijmegen.

Transplantatie

Als de nieren nauwelijks of niet meer werken, is dialyse de enige manier om te voorkomen dat het lichaam wordt vergiftigd door afvalstoffen en teveel vocht gaat vasthouden. Maar dialyse is  een zware belasting en veel dialysepatiënten hopen dan ook ooit een nieuwe nier te krijgen. Omdat daarvoor een goede algemene conditie nodig is, komt slechts 1 op de 5 dialysepatiënten ook werkelijk op de wachtlijst. Bij een niertransplantatie blijven de eigen nieren meestal zitten en wordt de nieuwe nier onderin de buik geplaatst.

Een transplantatienier kan afkomstig zijn van een overleden donor of van iemand die tijdens zijn leven een nier heeft afgestaan.

Nierziekte

Als je nieren niet goed werken, moet een dialysemachine het zuiveren van het bloed overnemen. Of de patiënt kan een donornier krijgen.

Postmortale nierdonatie

Bij postmortale nierdonatie krijgt een dialysepatiënt een nier van een overledene. Dit gebeurt in Nederland slechts zo’n 200 keer per jaar doordat onvoldoende mensen bereid zijn na hun overlijden organen af te staan. En ook omdat slechts weinig mensen overlijden onder omstandigheden die niertransplantatie mogelijk maken.

Wanneer een nier geschikt is voor transplantatie gaat de computer van Eurotransplant in Leiden na bij wie op de wachtlijst deze nier het beste past. Daarbij wordt gekeken naar bloedgroep en weefselkenmerken. Gemiddeld staan dialysepatiënten 4 jaar op de wachtlijst voordat er een geschikte nier beschikbaar is.

Levende nierdonatie

Bij ongeveer de helft van alle niertransplantaties staat een levende donor een nier af. Dat is mogelijk omdat iemand heel goed met één nier kan leven. Door de lange wachtlijst voor transplantatie gebeurt het steeds vaker dat iemand een nier afstaat om een familielid of naaste niet meer afhankelijk te laten zijn van dialyse. De donor en de ontvanger worden op dezelfde dag en in hetzelfde ziekenhuis geopereerd. De nier is dan maar kort buiten het lichaam en de resultaten van deze vorm van transplantatie zijn dan ook goed.

Nietransplantatie

D = donor O = ontvanger

Cross-over transplantatie

Een bijzonder vorm van levende nierdonatie is cross-over transplantatie. Als iemand een nier af wil staan aan een naaste (paar A), maar de nier past niet bij die nierpatiënt dan wordt gezocht naar een koppel (paar B), waarmee kan worden geruild. De nier van donor A past dan bij ontvanger B en omgekeerd. Om zoveel mogelijk beschikbare donornieren te gebruiken, vindt soms wel een ruil tussen 3 paren plaats.

Na de transplantatie

Er bestaat altijd het gevaar dat de nieuwe nier wordt afgestoten. Met zware medicijnen wordt geprobeerd deze kans zoveel mogelijk te verlagen. Helaas hebben deze medicijnen nogal wat bijwerkingen. Maar anders dan na het starten met dialyse gaat de gezondheid na een niertransplantatie enorm vooruit en wordt weer een (bijna) normaal leven mogelijk. De nierfunctie wordt weer zo’n 50%, maar kan nooit op 100 % uitkomen met een transplantatienier.

Nierstichting Nederland

Voor meer informatie klik op de volgende link: Niertransplantatie
En voor informatie over nierdonatie op: Nierdonatie bij leven